Publicité D▼
mettre (v.)
doen, leggen, plaatsen, steken, stoppen, zetten, beginnen, aanvangen, inzetten, openen, opstarten, starten, beginnen te, aan het werk gaan, zich zetten aan, aanleggen, smijten, smakken, wurmen in, deponeren, neerleggen, opstellen, neerzetten, poseren, omdoen, voorbinden, voordoen, omslaan, omhangen, aandoen, opzetten, aantrekken, zich, dragen, bij zich hebben, brengen, aanhebben, aanbreken, opdoen, toenemen in, aanbrengen, opbrengen, opleggen, van kracht zijn, krijgen, werken, in conflict raken met, uitlopen
mettre (v.)
[ mettre ] + comp + sur + comp (v.) (V+comp--sur+lieu)
mettre à jour (v.)
mettre à jour (v.) (V+comp)
bijspijkeren, bijstellen, bijwerken, moderniseren, updaten, up-to-date brengen, voor de dag brengen, voor de dag halen
mettre à l'abri (v.) (se+V)
mettre à l'épreuve (v.) (V+comp)
mettre à l'étable (v.)
mettre à l'heure (v.) (V+comp)
mettre à la consigne (v.)
consigneren (literary), in consignatie geven, konsigneren (literary)
mettre à la disposition (v.) (V+de+qqn--comp)
mettre à la hauteur (v.)
mettre à la hauteur (v.) (se+V de+comp)
mettre à la masse (v.)
aarden (fysica;nat.)
mettre à la place (v.)
delen, in de huid kruipen van, inleven, meeleven, meevoelen, verplaatsen, zich inleven in, zich verplaatsen in
mettre à la place (v.) (V+de+comp)
mettre à la place (v.) (se+V de+comp)
delen, in de huid kruipen van, inleven, meeleven, meevoelen, verplaatsen, zich inleven in, zich verplaatsen in
mettre à la porte (v.)
mettre à la porte (v.) (V+qqn)
mettre à la poste (v.) (V+comp)
mettre à la poubelle (v.)
mettre à la puissance (v.) (V+comp)
mettre à la retraite
mettre à la retraite (v.) (V+comp)
mettre...à la retraite (v.)
mettre à la terre (v.)
mettre à la terre (v.) (V+comp;physique)
aarden (fysica;nat.)
mettre à mort (v.) (V+qqn)
mettre à nu (v.)
achterhalen, blootleggen, detecteren (literary), ontdekken, opspeuren, opsporen, tot de ontdekking komen, uitvinden
mettre à part (v.)
mettre à part (v.) (V+comp)
mettre à pied (v.)
mettre à sang et à feu (v.)
mettre à sécher (v.)
mettre à table (v.) (se+V)
mettre à tremper (v.)
mettre à zéro (v.)
mettre au ban (v.)
deballoteren, doodverklaren, uitstoten, verbannen, verstoten
mettre au ban (v.) (V+qqn)
mettre au bloc (v.) (V+qqn)
achter slot en grendel zetten, gevangenzetten, kerkeren, vastzetten
mettre au carré (v.)
mettre au carré (v.) (V+comp)
in het kwadraat verheffen, in het quadraat verheffen, kwadrateren, kwadreren, quadrateren, quadreren, tot de tweede macht verheffen
mettre au clou (v.) (V+comp)
mettre au courant
mettre au courant (v.)
mettre au courant (v.) (V+qqn--de+comp)
mettre au courant de (v.)
mettre au cube (v.) (V+comp)
mettre au fourreau (v.)
mettre au lit (v.) (V+qqn)
mettre au même niveau (v.)
gelijkschakelen, gelijkschakelen met, gelijkstellen, gelijkstellen met
mettre au monde (v.) (V+comp;homme)
ter wereld brengen (manspersoon)
mettre au pas (v.) (V+comp;familier;figuré)
in het gareel brengen (figuurlijk;oneigenlijk)
mettre au pied du mur (v.)
mettre au point
mettre au point (v.)
afbouwen, afdoen, afhandelen, afstellen, afwerken, afwikkelen, definitief regelen, instellen, moduleren, reguleren
mettre au point (v.) (V+comp)
mettre au propre (v.) (V+comp)
mettre au rancart (v.)
mettre au rebut (v.)
mettre au rebut (v.) (V+comp)
aan de kant zetten, afdanken, afhameren, opruimen, uitgooien, wegdoen, weggooien
mettre au service (v.)
mettre au service (v.) (se+V de+comp)
mettre aux archives (v.)
archiveren, bergen, laten, opbergen, stouwen, wegbergen, wegleggen, wegzetten
mettre aux enchères (v.) (V+comp)
mettre bas (v.)
mettre d'accord (v.) (se+V avec+qqn (distributif))
mettre d'aplomb (v.)
mettre dans (v.)
mettre dans sa poche (v.)
mettre de bonne humeur (v.)
een goed in humeur brengen, in een goed humeur brengen, paaien
mettre de côté
mettre de côté (v.) (V+qqn)
besparen, besparen op, bezuinigen op, ombuigen, opsparen, opzijleggen, sparen, uitsparen, uitwinnen, wegleggen
mettre de l'eau dans son vin (v.) (V;familier)
mettre de l'ordre
mettre de son côté (v.)
mettre debout (v.) (V+comp;se+V)
mettre droit (v.)
mettre en adjudication (v.) (V+comp)
mettre en application
mettre en application (v.) (V+comp)
mettre en bière (v.) (V+qqn)
mettre en boîte (v.)
conserveren, inblikken, in dozen doen, kunnen, mogen, vermogen, verpakken, weten
mettre en boîte (v.) (V+comp;familier)
mettre en boule (v.) (se+V;figuré)
boos worden, driftig worden, in woede ontsteken, kwaad worden, opstuiven, razend worden, zich kwaad maken, zich opwinden, zijn kalmte verliezen
mettre en boule (v.) (V+qqn)
mettre en cage (v.)
mettre en capilotade (v.) (V+comp)
mettre en circulation (v.) (V+comp)
mettre en colère (v.)
mettre en colère (v.) (V+qqn)
mettre en colère (v.) (se+V)
mettre en commun (v.)
mettre en communication (v.)
mettre en communication (v.) (V+comp--à|avec+comp)
mettre en conserve (v.)
conserveren, inblikken, inmaken, konserveren, kunnen, mogen, vermogen, wecken, weten
mettre en contact (v.) (V+comp--à|avec+comp)
in aanraking brengen met, in contact brengen met, in kontakt brengen met
mettre en danger (v.)
mettre en danger (v.) (V+comp;se+V;V+qqn)
mettre en dépôt (v.)
mettre en déroute (v.)
mettre en désordre
mettre en désordre (v.)
in de war brengen, in de war maken, in de war sturen, omwoelen, omwroeten, ontregelen, overhoophalen, verfomfaaien
mettre en disponibilité (v.)
mettre en doute (v.)
mettre en doute (v.) (V+comp)
een vraagteken plaatsen bij, informeren, infromeren, in twijfel trekken
mettre en état (v.)
mettre en évidence (v.)
mettre en facteur (v.)
mettre en faillite (v.)
mettre en feu (v.) (V+comp)
aansteken, afsteken, in brand steken, in vlam zetten, ontsteken
mettre en flamme (v.) (V+comp)
mettre en gage (v.)
mettre en garde (v.)
mettre en grève
mettre en grève (v.) (se+V)
het werk neergooien, het werk neerleggen, het werk platleggen, het werk stilleggen, in staking gaan
mettre en lambeaux (v.) (V+comp)
mettre en liberté (v.) (V+qqn)
bevrijden, botvieren, in vrijheid stellen, verlossen, vrijgeven, vrijlaten
mettre en loterie (v.)
lootjes trekken, loten, strootje trekken, uitloten, verloten
mettre en marche (v.)
aandoen, aandraaien, aanknippen, aanzetten, beginnen, beginnen aan, inschakelen, lanceren, opdoen, openen, op gang brengen, opstarten, overgaan tot, starten, te water laten, toenemen in
mettre en marche (v.) (se+V)
zich in beweging zetten (vaktechnisch)
mettre en marche (v.) (V+comp)
mettre en miettes (v.) (V+comp;figuré)
aan diggelen slaan, aan gruzelementen slaan, aan gruzementen slaan, afbrokkelen, brokkelen, kort en klein slaan, kruimelen, verbrokkelen, verkruimelen
mettre en morceaux (v.) (V+comp)
mettre en mouvement (v.) (V+comp)
mettre en mouvement (v.) (se+V)
mettre en musique (v.)
mettre en musique (v.) (V+comp)
mettre en oblique (v.)
mettre en ordre (v.)
beredderen, opruimen, opstellen, ordenen, plooien, rangschikken, redderen, schikken, structureren, vaststellen, vormgeven
mettre en ordre (v.) (V+comp)
mettre en panne
aanhouden, aflopen, afslaan, bijdraaien, halthouden, stilhouden, stilstaan, stilstaand, stilvallen, stoppen, tot stilstand komen
mettre en paquet (v.) (V+comp)
mettre en péril
mettre en pièces
mettre en pièces (v.) (V+comp)
mettre en pièces (v.) (V+qqn;familier)
mettre en place (v.)
deponeren, doen, installeren, leggen, monteren, neerleggen, opstellen, opzetten, plaatsen, poseren, steken, stellen, stoppen, voorleggen, zetten
mettre en place (v.) (V+comp)
mettre en pot (v.) (V+comp)
mettre en pratique (v.) (V+comp)
mettre en prison (v.)
mettre en prison (v.) (V+qqn)
achter slot en grendel zetten, gevangenzetten, kerkeren, vastzetten
mettre en quarantaine (v.) (V+qqn)
mettre en quatre (v.) (se+V pour+comp;figuré)
mettre en rapport (v.)
mettre en retard (v.) (se+V)
mettre en route (v.)
aan de gang krijgen, aan de slag gaan, aanstalten maken, afreizen, aftrekken, beginnen, beginnen aan, ontstaan, openen, op gang brengen, opstarten, op weg zich begeven, overgaan tot, starten, vertrekken, voortbrengen, zich op weg begeven
mettre en route (v.) (V+comp)
mettre en sac (v.)
mettre en scène (v.)
aanmaken, creëren, laten, maken, opvoeren, produceren, regisseren, scheppen, veroorzaken, vervaardigen, voortbrengen
mettre en scène (v.) (V+comp)
arrangeren, ensceneren, inrichten, in scène zetten, opvoeren, redderen, regelen, regisseren, teweegbrengen, verzorgen
mettre en sûreté (v.)
mettre en terre (v.) (V+comp;V+comp)
bijzetten (corps), naar het graf dragen (corps), ten grave dragen (corps), ter aarde bestellen (corps)
mettre en tombola (v.)
lootjes trekken, loten, strootje trekken, uitloten, verloten
mettre en travers (v.)
mettre en usage (v.)
mettre en valeur (v.)
mettre en vedette (v.)
accentueren, brengen, in de schijnwerpers zetten, in het licht stellen, voor het voetlicht brengen, voor het voetlicht halen
mettre en vente (v.)
mettre en vente (v.) (V+comp)
commercialiseren, commercializeren, te koop aanbieden, vercommercialiseren, vercommercializeren
mettre en vigueur (v.)
mettre enceinte (v.) (V+qqn)
mettre ensemble (v.)
mettre fin (v.)
abandonneren, afsluiten, beëindigen, besluiten, eindigen, ëindigen, loslaten, neerleggen, opdoeken, opgeven, opheffen, ophouden, prijsgeven, stoppen, termineren, verijdelen, verlaten
mettre fin (v.) (V+à+comp)
mettre fin à (v.)
afsluiten, beëindigen, besluiten, eindigen, ëindigen, ophouden, stoppen, termineren
mettre fin à ses jours (v.) (V)
mettre hors service (v.)
mettre hors service (v.) (V+comp)
mettre l'accent (v.) (V+comp--de+comp;V+sur+comp)
aksentueren (figuurlijk;oneigenlijk), de klemtoon leggen op (figuurlijk;oneigenlijk), het accent leggen op (figuurlijk;oneigenlijk), het aksent leggen op (figuurlijk;oneigenlijk)
mettre l'accent sur (v.)
aanzetten, accentueren, beklemtonen, benadrukken, betonen, de nadruk leggen op, hameren, nadruk leggen op de, onderlijnen, onderstrepen (figuurlijk;oneigenlijk), profileren, tamboereren
mettre l'adresse (v.)
mettre l'adresse (v.) (V+sur+comp)
mettre la bride sur le cou (v.) (V+à+comp)
mettre la clef sous la porte (v.)
de benen nemen, deserteren, drossen, met de noorderzon vertrekken, op hol slaan, vertrekken, weggaan
mettre la date sur (v.)
mettre la main (v.) (V+sur+comp)
bemachtigen, in de wacht slepen, innemen, overmeesteren, te pakken krijgen, zich in het bezit stellen van
mettre le cœur sur le carreau (v.) (PejArgPop;V;vieux)
braken, kotsen (plat;ongepast), omhoogslaan, opgeven, overgeven, spugen, spuwen, uitbraken, uitgescheten, uitkakken, uitkotsen, uitschijten, vomeren
mettre le couvert (v.)
mettre le doigt sur (v.)
mettre le feu (v.) (V+à+comp)
aansteken, afsteken, in brand steken, in vlam zetten, ontsteken
mettre le feu aux poudres (v.) (V)
mettre le licou (v.) (V+à+comp)
mettre le paquet
mettre le paquet (v.) (V+sur+comp)
er tegenaan gaan (gemeenzaam), zijn steentje bijdragen
mettre le pied sur (v.)
mettre les gaz (v.) (familier)
mettre les points sur les i (v.)
mettre les voiles (v.)
mettre mal à l'aise (v.) (V+qqn)
mettre martel en tête (v.) (se+V)
mettre par écrit
mettre par écrit (v.)
inschrijven, neerleggen, neerpennen, neerschrijven, noteren, notificeren, op de band opnemen, opnemen, opschrijven, protocolleren, registreren, tapen
mettre par écrit (v.) (V+comp)
mettre sens dessus dessous (v.)
mettre sens dessus dessous (v.) (V+comp)
mettre ses chaussures (v.)
mettre son nez partout (v.)
mettre son veto (v.)
mettre sous globe (v.)
bederven, bemoederen, in de watten leggen, koesteren, liefderijk verzorgen, vertroetelen, verwennen
mettre sous les verrous (v.)
achter slot en grendel zetten, gevangenzetten, kerkeren, vastzetten
mettre sous son joug (v.) (figuré)
jukken (figuurlijk;oneigenlijk), onder een juk brengen (figuurlijk;oneigenlijk)
mettre sur la croix (v.)
mettre sur la sellette (v.) (V+comp;familier)
mettre sur le compte (v.)
aanrekenen, aanslaan, belasten, berekenen, de rekening sturen, factureren, fiscaliseren, vragen
mettre sur le compte (v.) (V+de+comp)
mettre sur le dos (v.) (V+de+comp)
mettre sur le marché (v.)
mettre sur le marché (v.) (V+comp)
mettre sur le même plan (v.)
gelijkschakelen, gelijkschakelen met, gelijkstellen, gelijkstellen met
mettre sur le tapis (v.) (V+comp;figuré)
aan de orde stellen, aandragen, aankaarten, te berde brengen, ter sprake brengen, ter tafel brengen
mettre sur orbite (v.)
mettre sur pied (v.)
mettre sur pied (v.) (V+comp)
mettre sur son trente et un (v.) (se+V;familier)
mettre un coup de queue (v.) (V;argotique)
coïteren (manspersoon)
mettre un masque (v.)
mettre un prix (v.)
mettre une enchère (v.) (V+sur+comp)
bieden, een aanbod doen, een bod doen, offerte doen voor, opbieden
mettre une muselière (v.)
mettre une raclée (v.) (familier)
mettre une sur le bout (v.) (se+V;argotique)
coïteren (manspersoon)
se mettre
aanpakken, aanvatten, beginnen, beginnen aan, beginnen met, beginnen te, doen, een begin maken met, in... geraken, in ernst beginnen met, overgaan tot, ter hand nemen, van koers veranderen, wenden
se mettre à (v.)
aanpakken, aanvangen, beginnen, benaderen, doen, inzetten, openen, opstarten, starten, ter hand nemen, van koers veranderen, wenden
se mettre à la queue (v.)
se mettre d'accord (v.)
afstemmen, harmoniëren, in harmonie brengen, inpassen, kleuren bij, klikken, overeenstemmen, samengaan
se mettre en colère
boos worden, driftig worden, in woede ontsteken, kwaad worden, razend worden, zich kwaad maken, zich opwinden
se mettre en colère (v.)
se mettre en ligne (v.)
se mettre en marche (v.)
aangaan, aanslaan, aanzetten, afgaan, opendraaien, openzetten, starten
se mettre en quatre (v.)
achterovervallen, omstorten, omtuimelen, omvallen, omvervallen, zijn uiterste best doen
Publicité ▼
Voir aussi
mettre (v. pron.)
↘ débutant, noob, nouveau, novice ≠ achever, arrêter, clore, finir, mettre fin, terminer
mettre (v.)
mettre (v. intr.) [jeu] [V+sur+comp]
parier[Classe]
mettre (v. pron.) [se+V à+comp • se+V à+Ginf]
mettre (v. pron.) [se+V+comp]
mettre des vêtements sur soi[Classe]
mettre (v. pron.) [familier] [s'en V]
manger beaucoup[Classe]
mettre (v. pron.)
mettre (v. tr.) [V+comp--auprès de+comp • V+comp--dans+comp • V+comp--lieu • se+V • V+comp--contre+lieu • V+comp--à l'extérieur de+comp]
mettre qqch auprès de, à côté d'une autre[ClasseHyper.]
habiller[ClasseHyper.]
faire avoir un nouveau lieu à qqch[ClasseHyper.]
mettre qqch contre une autre[ClasseHyper.]
mettre à l'extérieur de[ClasseHyper.]
mettre qqch autour d'une autre[Classe]
lumière[DomaineCollocation]
contravention[DomaineCollocation]
[ mettre qqch DANS qqch ] - [ mettre comp avec comp ][Syntagme]
mettre (v. tr.) [V+comp--état]
mettre qqch auprès de, à côté d'une autre[ClasseHyper.]
faire entrer une chose dans une autre[Classe]
mettre X sur qqch[ClasseHyper.]
mettre qqch à un lieu qui lui est attribué[ClasseHyper.]
mettre qqch contre une autre[ClasseHyper.]
mettre dans une position donnée (sans changer de place)[Classe]
mettre qqch dans une disposition causant une modification d'état[ClasseHyper.]
place[GenV+comp]
déplacer, faire changer de place, transférer - bouger, changer de position, déplacer[Hyper.]
localisation, mise en position, orientation, placement - positionnement - actionneur rotatif, dispositif de mise en place, place-volet - positionnement - espace - emplacement, place - position - endroit, lieu, spot[Dérivé]
mettre (v. tr.)
rendre[Hyper.]
mettre (v. tr.)
altérer, changer, modifier[Hyper.]
mettre (v. tr.)
faire démarrer, initier[Hyper.]
mettre (v. tr.) [technique]
retransmettre un enregistrement sonore[Classe]
musique[termes liés]
run (en) - jouer - appeler, exécuter, faire tourner, lancer[Domaine]
mettre (v. tr. pron.) [V+comp--attrib(comp)]
mettre (verbe)
porter un vêtement[ClasseHyper.]
présenter[Hyper.]
habillement - habillement, tenue, toilette, vêtements - mettable[Dérivé]
mettre (verbe)
lever, lever un impôt[Hyper.]
mettre (verbe)
mettre (verbe)
mettre (verbe)
mettre (verbe)
couvrir, recouvrir[Hyper.]
couche de couverture, enduisage - applicateur - lotion[Dérivé]
mettre, placer[Analogie]
mettre (verbe)
altérer, changer, modifier[Hyper.]
mettre (verbe)
virer[Hyper.]
mettre (verbe)
affecter, assigner[Hyper.]
place - place - place (en)[Dérivé]
mettre (verbe)
habillement, tenue, toilette, vêtements - personne qui porte... - mettable[Dérivé]
habiller, revêtir[Domaine]
mettre (verbe)
Publicité ▼
Contenu de sensagent
dictionnaire et traducteur pour sites web
Alexandria
Une fenêtre (pop-into) d'information (contenu principal de Sensagent) est invoquée un double-clic sur n'importe quel mot de votre page web. LA fenêtre fournit des explications et des traductions contextuelles, c'est-à-dire sans obliger votre visiteur à quitter votre page web !
Essayer ici, télécharger le code;
SensagentBox
Avec la boîte de recherches Sensagent, les visiteurs de votre site peuvent également accéder à une information de référence pertinente parmi plus de 5 millions de pages web indexées sur Sensagent.com. Vous pouvez Choisir la taille qui convient le mieux à votre site et adapter la charte graphique.
Solution commerce électronique
Augmenter le contenu de votre site
Ajouter de nouveaux contenus Add à votre site depuis Sensagent par XML.
Parcourir les produits et les annonces
Obtenir des informations en XML pour filtrer le meilleur contenu.
Indexer des images et définir des méta-données
Fixer la signification de chaque méta-donnée (multilingue).
Renseignements suite à un email de description de votre projet.
Jeux de lettres
Les jeux de lettre français sont :
○ Anagrammes
○ jokers, mots-croisés
○ Lettris
○ Boggle.
Lettris
Lettris est un jeu de lettres gravitationnelles proche de Tetris. Chaque lettre qui apparaît descend ; il faut placer les lettres de telle manière que des mots se forment (gauche, droit, haut et bas) et que de la place soit libérée.
boggle
Il s'agit en 3 minutes de trouver le plus grand nombre de mots possibles de trois lettres et plus dans une grille de 16 lettres. Il est aussi possible de jouer avec la grille de 25 cases. Les lettres doivent être adjacentes et les mots les plus longs sont les meilleurs. Participer au concours et enregistrer votre nom dans la liste de meilleurs joueurs ! Jouer
Dictionnaire de la langue française
Principales Références
La plupart des définitions du français sont proposées par SenseGates et comportent un approfondissement avec Littré et plusieurs auteurs techniques spécialisés.
Le dictionnaire des synonymes est surtout dérivé du dictionnaire intégral (TID).
L'encyclopédie française bénéficie de la licence Wikipedia (GNU).
Copyright
Les jeux de lettres anagramme, mot-croisé, joker, Lettris et Boggle sont proposés par Memodata.
Le service web Alexandria est motorisé par Memodata pour faciliter les recherches sur Ebay.
La SensagentBox est offerte par sensAgent.
Traduction
Changer la langue cible pour obtenir des traductions.
Astuce: parcourir les champs sémantiques du dictionnaire analogique en plusieurs langues pour mieux apprendre avec sensagent.
calculé en 0,344s